HOME ABOUT RECIPES RECIPES HOTSPOTS CONTACT

zondag 24 maart 2013

Recept van de maand maart: Hot cross buns


Vorig jaar zat ik rond deze tijd in Australië. Ongeveer de enige overeenkomst tussen Nederland en Australië is dat in beide landen de supermarkten al vroeg vol liggen met paasartikelen. Overal kwam je deze typisch Australische paasbroodjes tegen: hot cross buns. Hot cross buns zijn zoete broodjes met specerijen, krenten en rozijnen. Op de bovenkant zit een kruis, vandaar de naam. In Australië eten ze deze hot cross buns traditioneel op Goede Vrijdag. 

Er bestaan allerlei varianten op het oorspronkelijke recept, zoals cross buns met toffee, sinaasappel, cranberry of appel en kaneel. Ook bestaat er een chocoladevariant: dan zijn de krenten vervangen door stukjes chocola. Maar de originele met kaneel vind ik het lekkerst. 

Toen ik deze maand weer veels te vroeg geconfronteerd werd met overdreven uitgestalde, zingende paashasen en uitpuilende schappen vol paaseieren, vond ik het jammer dat deze super lekkere buns niet in ons land te koop zijn. Aangezien Pasen overduidelijk nadert en ik heimwee heb naar Aussie, heb ik de ultieme manier gevonden om een herinnering aan Australië naar huis te halen: hot cross buns bakken!

Ik heb geprobeerd een recept te vinden dat lijkt op de buns die ik in Australië heb gegeten en ik denk dat ik het gevonden heb. 

Pasen, je ontkomt er niet aan, maar deze hot cross buns maken het paasontbijt een stuk feestelijker. 



Dit heb je nodig voor 12 hot cross buns
50 gram suiker
7 gram gedroogde gist
450 gram bloem
2 tl mixed spices (2 tl kaneel, 1/2 tl nootmuskaat, 1/2 tl five spices)
100 gram krenten of rozijnen
25 gram chopped mixed peel (dit is moeilijk te krijgen in Nederland, dus ik heb citroenrasp uit een potje gebruikt, dit staat bij de bakproducten in de supermarkt)
rasp van 1 sinaasappel
1 ei, geklutst
50 gram boter, gesmolten
50 ml warme melk

Dit heb je nodig voor het kruis
3 el bloem
1 el suiker
2 el water
en 1 ei om de buns mee in te smeren



Zo maak je de hot cross buns
Doe 1 theelepel van de suiker met de gist en 150 ml water in een kom. Meng goed door elkaar met een garde totdat het gaat schuimen. 

Zeef de bloem in een mengkom en voeg 1 tl zout en de specerijnen toe. Voeg dan de rozijnen, citroenrasp, de geraspte sinaasappelschil en de rest van de suiker toe.

Maak een kuil in het midden en giet hier het gistmengsel in. Voeg dan een geklutst ei en de gesmolten boter en de warme melk toe. Gebruik een houten spatel om alles door elkaar de mengen. Blijf mengen totdat er deeg ontstaat. Voeg nog wat melk toe als het deeg te droog is.


Bestuif het aanrecht met bloem en leg het deeg hierop. Kneed het deeg ongeveer 5 minuutjes totdat het er zacht en glanzend uitziet. Doe het deeg terug in de kom en bedek met een vochtige theedoek. Zet het ongeveer een uur weg totdat het deeg twee keer zo groot is geworden. 

Als het deeg gerezen is, kneed het dan opnieuw tot het originele formaat. Verdeel het deeg in vier stukken. Rol de stukken uit en snijd in drie gelijke stukken zodat je twaalf evengrote buns hebt. Leg bakpapier op een bakplaat en verdeel de buns hierover. Leg de vochtige theedoek erover heen en zet ongeveer 40 minuten weg zodat ze weer twee keer zo groot worden. 


Verwarm de over voor op 220 graden. 
Maak ondertussen het mengsel voor de decoratiekruizen. Meng de bloem, suiker en het water door elkaar totdat er een smeuïg mengsel ontstaat. Doe het mengsel in een spuitzak. Kluts een ei en kwast de gerezen buns hiermee in. Maak dan op iedere bun een kruis. Bak de buns in ongeveer 20-25 minuten goudbruin.

Eet ze op Goede Vrijdag of maak ze voor het paasontbijt.